Leg uit hoe de tennisbaan eruit ziet. Maak daarbij gebruik van een maquette in de handen van de deelnemers. Zo kunnen ze ook voelen hoe het veld eruit ziet.
Blinden en slechtzienden tennis kan zowel binnen als buiten worden gespeeld. Buiten is er meer omgevingsgeluid, waardoor voornamelijk blinde spelers liever binnen spelen. Slechtzienden kunnen buiten vooral veel last hebben van de wind. De bal is gemaakt van schuim en waait daardoor makkelijk met de wind mee. Dat kan het spel onvoorspelbaar maken.
Binnen worden lijnen van klittenbanden gebruikt. Buiten worden de lijnen verankerd in de grond met een soort spijkers. Slechtziende spelers kunnen buiten ook trainen zonder dat er lijnen zijn neergelegd. Met een borstel of de voet wordt de achterlijn dan herhaaldelijk in het gravel getekend. De nethoogte is eigenlijk lager bij tennis voor blinden en slechtzienden, maar een gewoon net kan bij het trainen ook worden gebruikt.